Rumi’s mantra

De soefi mysticus Rumi (Djelal ud-Din Rumi, 1207-1273) heeft wel hele bijzondere werken nagelaten. Veel mensen kennen wel gedichten en verhalen van Rumi. Zij zijn erg diep en raken je, vaak zonder dat je precies begrijpt waarom. Het is heerlijk om je onder te dompelen in de soefi-poëzie. In deze blog een ‘glimpse’ van wat dit kan betekenen.

Hier is een stukje uit de Masnavi dat mij erg aanspreekt:

Mysteriën kunnen niet besproken worden, bewaar ze voor hen die weten;
Mysteriën in het oor van hem die ontrouw is, is geen mysterie.
Desalniettemin is het een roep van God voor jou.
Het maakt Hem niet uit of je hem aanneemt of verwerpt.
Noach herhaalde Zijn roep gedurende 900 jaar.
Maar de mensen werden steeds opstandiger.
Nooit gaf hij het op om hen te corrigeren
Noch trok hij zich terug in de stilte van een grot.
Hij zei: ‘door het blaffen en huilen van honden
Is nog nooit een karavaan omgekeerd op zijn pad.
Ook de maan stopt niet met schijnen op een heldere nacht
Door het huilen van de honden op aarde.
De maan schijnt haar licht en de honden huilen;
Iedereen handelt volgens zijn eigen natuur….’

Rumi heeft een Orde gesticht en had een bijzonder inspirerende uitspraak die bepalend was voor zijn organisatie: ‘wees lofzang, wees gekookt, wees gebrand’. Dit ‘wees gekookt’ was erg belangrijk voor hem en kreeg een centrale plaats in de bouw en functie in zijn Orde. Als iemand wilde toetreden, dan was er eerst een periode van drie dagen dat je in een cel verbleef voor innerlijke reflectie, gebed, studie etc. om zeker te zijn dat je keuze de juiste was. Na een intensief intake gesprek kon je toegelaten worden. De eerste fase van dit kloosterleven bracht je gedurende 1001 dagen door in de keuken. Deze keuken had een centrale plaats in het klooster en er was een groot vuur. Het waarom was duidelijk: in de keuken leerde je de verschillende ingrediënten en producten kennen (het voedsel) die je d.m.v. het vuur (symbool van de Liefde) transformeerde tot een ‘maaltijd’. Dit proces ‘jezelf leren kennen en te transformeren tot een maaltijd die voedend is voor een ieder in je omgeving’, was een noodzakelijke voorwaarde om je verder te kunnen ontwikkelen op het pad van de soefi.

Hier nog een gedicht van Rumi ter overweging:

Het vuur van de liefde maakt wat koud is warm.
De stralen van de liefde maken stenen zacht.
Vriend, pak de zonde van minnaars niet hard aan,
Want de wijn van de liefde
maakt een mens onbeschaamd.

Wat Rumi onder meer zo bijzonder maakt is dat hij je uitnodigt op een hele milde wijze, te leven vanuit je diepste passie, in volledige harmonie met de schepping zonder jezelf op welke wijze dan ook te verloochenen. Rumi laat zien dat je je idealen kunt leven vanuit geweldloze en respectvolle levenshouding. Hoewel de woorden uit de 13e eeuw stammen zijn ze nog steeds actueel en waard om bestudeerd te worden.

Auteur: Mehdi Jiwa