Innerlijke rust en handelen
In mijn vorige blog stonden we stil bij twee bijzondere verzen in de Bhagavad Gita:
Vers 6.3:
Voor de wijze (muni) die verlangt op te gaan in yoga is handeling het middel; voor hem die yoga bereikt heeft, is innerlijke rust (sama) het middel, zo wordt gezegd. (vers 6.3)
Als een mens alle gedachten en wensen heeft opgegeven en niet gehecht is aan zintuiglijke objecten en handelingen, wordt er gezegd dat hij yoga heeft bereikt. (vers 6.4)
Deze verzen blijven mij danig bezighouden. Laten we de tekst goed tot ons door laten dringen.
Om op te gaan in yoga is handelen het middel, staat er. Daarna, als je yoga bereikt hebt, wordt innerlijke rust het middel. Iemand die yoga bereikt heeft, kan dus over innerlijke rust beschikken. Door handelen. Want dat was het middel om op te gaan in yoga.
Omdat mij zoals ik al eerder aangaf er veel aan gelegen is om over een innerlijke rust te kunnen beschikken, en dan als het even kan in alle omstandigheden, maakt de handeling zoals dat hier als middel in de eerste fase bedoeld wordt, mij bijzonder nieuwsgierig.
En eigenlijk is dat wel vreemd. Vreemd omdat ik mij al een aardige tijd tijdens studiebijeenkomsten bezig heb gehouden met tal van aspecten van de karma yoga, de yoga van handeling: dat er zoveel aspecten aan handelen zitten, dat het theorie aan praktijk koppelt, dat het je een spiegel voorhoudt met betrekking tot hoe je in het leven staat, waar allemaal aan gewerkt kan worden omdat het best nog wat verfijning kan gebruiken, etc. etc.
Pas toen ik mij afgelopen zomer in Brognon op het begin van hoofdstuk zes uit de Gita ging richten, kwam het aspect van de innerlijke rust weer naar boven.
Maar hoe zat het met die innerlijke rust in de karma yoga? Heb ik in de eerdere hoofdstukken, in de uiteenzetting van de karma yoga iets gemist? Blijkbaar.
Goed, dan ga ik dat nog eens dunnetjes overdoen.
Karma is handeling, handeling in de ruimste zin van het woord: niet alleen fysieke handelingen maar ook die van spraak en geest, bewust en onbewust en yoga is, zoals al eerder vermeld: in verbinding willen komen met … met het hoogste, het mooiste dat wij ons voor kunnen stellen.
Stel dat wij yoga nu in deze context eens opvatten als het in verbinding te willen komen met de kwaliteit die omschreven kan worden als innerlijke rust, kalmte, gelijkmoedigheid en vrede. Door te doen, te handelen. Laten we eens kijken hoe ver we komen.
Ik zal beginnen met in het kort iets over de Karma Yoga in de Gita te vertellen.
Het derde hoofdstuk van de Gita heeft als titel ‘De Yoga van handeling, karma yoga’. Dit wil niet zeggen dat dit thema zich tot dit hoofdstuk beperkt. Zoals we vast nog zullen zien loopt dit thema als een rode draad door het hele onderricht van Sri Krishna. Misschien dat er vier aspecten de kern van de Karma Yoga bevatten: (1) handel in overeenstemming met je eigen natuur, (2) het niet gehecht zijn aan handeling op zich en/of de resultaten ervan, (3) het offeren van alle handelingen aan het allerhoogste en (4) het zichzelf niet zien als de doener. Dit zijn onderwerpen waar Sri Krishna in het derde hoofdstuk over spreekt. Een ander punt is nog de innerlijke houding. Maar ook daar kom ik graag nog op terug.
In mijn volgende blogs wil ik de verschillende aspecten opnieuw tegen het licht houden, maar dan met de focus op het aspect middel tot innerlijke rust.
Zin om een paar blogjes hierover mee te reizen?
U bent van harte uitgenodigd.
Ik wens u fijne feestdagen, met af en toe momenten van innerlijke vrede!
Wilt u reageren? Stuur dan een mailtje naar: fam.nijs@quicknet.nl