Als je denkt dat je het weet, onderzoek dan nog eens
Voorwaarden om Upanishads te bestuderen
In mijn vorige blog heb ik al beschreven dat de oude Indiase Upanishads voor mij een onuitputtelijke bron van inspiratie zijn. Veel Upanishads beschrijven een ethica (gedragsregels, disciplines etc.) die ‘vereist zijn’ of aanbevolen worden om de Upanishad te kunnen bestuderen. Het is een soort voorwaarde die noodzakelijk is om diep te kunnen doordringen in de tekst. Op zich geen bezwaar natuurlijk, maar hier gaat vaak iets mis. De voorwaarden worden vaak zo vertaald dat je niet erg enthousiast wordt om de disciplines en manier van leven op te pakken. Ook blijft vaak onduidelijk waarom het nodig is om aan deze voorwaarden te voldoen. Het gevolg is dat (jonge) mensen zich al snel afkeren van de Upanishads en dat is bijzonder jammer want ze hebben echte ‘levenslessen’ te vertellen die van groot nut zijn voor het vinden van je eigen weg in het leven en de kennis helpt je om ‘zelf na te gaan te denken’ i.p.v. achter ideeën en meningen van anderen aan te lopen.
Blijf onderzoeken
Ik zal zo een voorbeeld geven van een ethica die op het eerste gezicht niet veel mensen zal aanspreken, maar als je even geduld hebt, zal je zelf zien dat je erop een geheel andere manier naar kunt kijken. Eerst geef ik je een sleutel mee die mij erg geholpen heeft en nog steeds helpt. Hij komt uit de Kena Upanishad: Indien je denkt dat je Het kent, ken je slechts een klein deel. Wat je ervan kent is slechts de uiterlijke vorm of een godheid. Daarom, onderzoek (mediteer) verder. Het woord ‘godheid’ vraagt om verduidelijking. Met ‘godheid’ wordt hier bedoeld ‘een beeld van de werkelijkheid’ of een ‘conclusie van ‘zo is het’, al dan niet zelf gecreëerd of door cultuur en tijd bepaald. Het begrip ‘onderzoek’ of ‘mediteer’ is erg belangrijk. Ik kom er zo op terug.
Woorden moeten getransformeerd worden tot levende woorden
Er is een Upanishad die het probleem mooi beschrijft. In de Prashna Upanishad wordt beschreven hoe zes getalenteerde jonge leerlingen aan de wijze Pippalâda hun vragen willen voorleggen in de hoop dat hij ze alles kan uitleggen. De wijze antwoordde op hun verzoek als volgt: : ‘Blijf een jaar bij mij, oefen u in tapas, brahmacârya en sraddhâ; stel dan jullie vragen en als ik het kan, zal ik zeker alles uitleggen.’
De wijze reikt ze vervolgens een ethica aan. Het stelt voor om één jaar te leven volgens deze ethica alvorens hij zal antwoorden op hun vragen. De woorden tapas, brahmacârya en sraddhâ worden meestal vertaald met ‘soberheid, kuisheid (of celibaat) en geloof’. Ik weet niet hoe het jullie vergaat, maar deze woorden geven mij niet veel energie en zijn niet erg uitnodigend. Vreemd genoeg wordt in bijna geen commentaar of uitleg van de tekst aangegeven waarom deze kwaliteiten zo belangrijk zijn en hoe ze bijdragen aan een beter begrip van de antwoorden. Hoe kan het dat je door deze drie kwaliteiten te beoefenen diep kan doordringen in de kennis van de Upanishad?
Neem deze vertalingen niet klakkeloos aan. Leer zelf te denken. Onderzoek ze. spiegelen ze in je eigen leven. Kortom: neem ze mee in je meditatie.
Luister naar de woorden alsof het muziek is
De vertaling ‘soberheid, kuisheid en geloof’, zullen niet veel moderne mensen enthousiast maken. Geen wonder dat de Upanishads aan populariteit verliezen. Maar je kan er ook anders naar kijken:
Tapas heeft heel veel betekenissen: soberheid, ascese, maar ook discipline, ‘transformerende’ discipline, concentratie en meditatie.
Swami Brahmananda gaat diep in op het begrip tapas bij de studie van de Upanishads. Hij schrijft: ‘de hoogste vorm van tapas is concentratie van de geest op wat Brahman (God) is…’ Hij ziet en beleeft tapas als de ‘kennis van het Allerhoogste’, omdat tapas leidt tot het Allerhoogste. Tapas vertaalt hij dan ook met ‘meditatie’. Zijn aanmoediging is: beoefen tapas in de vorm van diepe meditatie vol geloof en vertrouwen. Dit vol geloof en vertrouwen zijn, is sraddhâ. Het is de voorwaarde voor de meditatie.
Brahmacârya: kuisheid of toch iets anders?
Tot slot brahmacârya, vaak vertaald met ‘kuisheid’ of ‘celibaat’. Maar het is meer: het is ook de eerste levensfase (asrama), de leerfase (tot ca. 25 jaar). In de Indiase traditie worden vier levensfasen onderscheiden. De eerste is die van leerling, van de jongeling die nog ongebonden is. De tweede fase is die van huisvader of huismoeder. Het gaat bij de studie van de Upanishads niet over wel of niet seks hebben. Dat heeft er niets mee te maken. Als het over wel of geen celibatair leven zou gaan, dan kan iedereen met een relatie of gezin wel stoppen met de studie van de Upanishads en dat zou ook betekenen dat zij geen toegang zouden hebben tot deze kennis.
Wel of geen seks is niet van toepassing voor de getalenteerde jonge ‘studenten’ die Pippalâda vragen willen stellen. Ik denk dat Pippalâda aan ze vraagt: blijf nog even student, wacht nog even met het starten van een gezin en blijf bij mij, gevestigd in diep geloof en vertrouwen dat je de kennis die je verlangt, zal ontvangen. Neem je vragen mee in je meditatie.
Brahmacârya heeft hier veel meer de betekenis van ‘heb je de tijd en ruimte om je volledig te wijden aan deze verheven kennis.’ Een gewoon mens is in onze wereld zo druk met relaties, gezin, werk, sport en andere activiteiten, dat er bijna geen tijd en ruimte is om diep te duiken in de kennis van de Upanishads. Er wordt dus gevraagd: creëer eerst tijd en ruimte en stel dan je vragen.
In India hebben we swami Krishnanada leren kennen in de Sivananda Ashram in Rishikesh. Er is een leuke anekdote die betrekking heeft op onze definitie van brahmacârya. Eens was er een buitenlander die aan de swami vroeg: ‘kunt u mij vertellen wat yoga is?’ Hij vertelde erbij dat hij weinig tijd had, want hij moest zijn vliegtuig halen om naar huis terug te keren. Swami Krishnananda antwoordde hem: ‘ga eerst je vliegtuig halen en ga naar huis. Kom terug als je tijd hebt, dan zal ik je vraag beantwoorden.’
Het belang van retraites
Wij hebben het meestal druk en hebben weinig tijd. Toch is het belangrijk om voor jezelf tijd in te ruimen en af en toe een retraite in te lassen. Dan ben je even helemaal ‘vrij’ en kun je je wijden aan dit soort kennis. Even een aantal dagen tijd voor ‘jezelf’ waar geen afleiding is en weinig prikkels zijn. Waar veiligheid is en waar je helemaal jezelf mag zijn. Dat is ‘moderne’ brahmacârya, het is de voorwaarde creëren om je met deze kennis bezig te kunnen houden en zelf te ervaren wat deze oude kennis je te vertellen heeft en hoe je haar kunt gebruiken in je eigen leven. Dit is één van de redenen waarom wij retraites organiseren.
Blijf onderzoeken of blijf mediteren. Kijk wat in je resoneert en wees niet te tevreden met alleen maar vertalingen. Woorden moeten je energie geven en je moet ze kunnen leven. Dan kunnen ze je inspireren en kan je in verbinding komen met de kennis die ‘voorbij de woorden gaat’ en deze gebruiken in je dagelijks leven.
Wil je reageren? Stuur dan een mailtje naar info@filosofieenmeditatie.nl