Donaties zijn niet groot of klein

De laatste tijd krijgen we regelmatig de vraag of het nog wel goed gaat met de financiële situatie van de SFM. Wij leven tenslotte voor een groot deel van donaties en door de corona-epidemie zijn veel voorjaars- en zomerretraites niet doorgegaan. Vanaf 5 juli zijn de retraites weer begonnen, maar dan wel in ons retraitecentrum de Cynham in Egmond aan den Hoef. Vanaf 9 augustus gaan we ook weer starten met de retraites in het centrum Le Domaine St. Antoine in Brognon. Spannend om te zien hoe dit gaat nu de corona toch weer de kop op steekt.

Het is altijd onze wens geweest om van donaties te blijven leven. Om deze reden hebben wij, nu het wat moeilijker gaat, dan ook besloten om onze prijzen niet te verhogen en te blijven vertrouwen op de donaties. En… de donaties blijven komen en we draaien nog steeds zonder problemen. Ook het onderhoud aan de gebouwen gaat gewoon door en we blijven onze lange termijn visie volgen. We hoeven nog niet onze plannen bij te stellen.

Naast de retraiteprogramma’s die we aanbieden, zien we in toenemende mate mensen langs komen die korter of langer in de atmosfeer willen verblijven van de retraitecentra. Veel gehoorde uitspraken zijn ‘even in een positieve sfeer verblijven’ of ‘even weer herinnerd te worden aan iets moois’.

Er is in de oude Indiase geschriften een mooie en diepe uitspraak die ik dagelijks met mij mee draag: ‘vuur is niet groot of klein, het heeft het vermogen om te branden’. Zo is het ook met donaties: er zijn geen ‘grote’ of ‘kleine’ donaties. Donaties geven ‘leven’. En al deze donaties houden de SFM in leven. Daar vertrouwen we op.

Juist in tijden zoals deze is het belangrijk om op koers te blijven en je niet terug te trekken in je ‘kleine wereld’. Blijf op koers en wordt niet angstig. Deze tijd vraagt, meer dan ooit, om ‘oases’ waar je je even kunt terugtrekken en tot rust kunt komen in een veilige en geborgen omgeving en kan bezinnen op de vraag of je je koers in het leven nog volgt. De retraitecentra zijn geïnspireerd op het beeld van de oase: een plaats waar rust en veiligheid is en waar je gevoed wordt in de drie werelden: fysiek, mentaal en spiritueel. Van daaruit ga je weer de wereld in, zonder angst en je weet dat je altijd weer kunt terugkeren naar deze oases.

Ook al lijkt de duisternis steeds dichter te worden en zijn retraitecentra misschien maar kleine ‘lichtjes’, we mogen op de woorden vertrouwen: ‘vuur is niet groot of klein, het heeft het vermogen om te branden’.

Dank aan de oude en nieuwe donateurs die ons in deze moeilijk tijd blijven ondersteunen. Wij gaan door om de centra verder open te stellen om zoveel mogelijk mensen in deze ‘oases’ een plek aan te bieden.

Hierbij nog een paar testimonials van retraitanten die recent onze centra hebben bezocht:

Vol zelfvertrouwen, blijdschap en verbondenheid gaan we weer de wereld in en het moois verspreiden.

Een retraite om steeds weer terug te keren, voor alle leeftijden en levensomstandigheden. Een thuis voor iedereen.

Weer een stap dichterbij mijn geloof en vertrouwen gekomen.

In een liefdevolle omgeving waar je kunt en mag zijn wie je bent (her)vind je rust, inzicht en wijsheid in je zelf.

Mehdi Jiwa

Wil je reageren op deze blog? Stuur dan een mailtje naar info@filosofieenmeditatie.nl

Afsluiting van een langdurige retraite in Brognon

Vorig weekend kwam er een einde aan een langdurig verblijf in Brognon. Het is een bijzondere en leerzame periode voor mij geweest.

Ik kom er al twintig jaar regelmatig. Het was voor mij altijd een heel fijne plek om te zijn.

Dat is het nog steeds, maar de ervaring van de afgelopen maanden is anders dan anders geweest. We waren er al die tijd, ruim drie maanden, met z’n tweeën, er waren verder geen groepen, geen bijeenkomsten zoals gewoonlijk, de vaste bezetting, beheer en ondersteuning waren er niet. De manier waarop we hier invulling aan ons verblijf wilden geven verschilde.

We zaten hier als het ware een beetje samen op een onbewoond eiland.

Dat hield in dat we behoorlijk op onszelf werden teruggeworpen en zelf invulling moesten geven aan ons verblijf hier.

Dat is ons goed gelukt. Er was al die tijd een vast dagritme, met gezamenlijke momenten als ontbijt, koffie, lunch, thee, bereiden en nuttigen van het avondeten.

Andreas heeft heel veel fysiek werk verricht. Vooral buiten. We hadden vaak prachtig weer, en het ziet er dan ook allemaal pico bello onderhouden uit.

Mijn activiteiten bestonden meer uit administratieve zaken en stukjes studie.

De omstandigheden dwongen mij ertoe een ‘Brognon’ te ervaren dat ik zelf inhoud moest geven. Dat wat ik hier altijd met anderen deed en ik behoorlijk miste, ben ik na verloop van tijd, zoals ik in mijn vorige blog schreef, zelf gaan organiseren en dat is voor mij een bijzondere ervaring geworden.

In het afgelopen najaar begon ik al te zoeken naar een concretere vorm om de filosofie waar wij ons tijdens de studie-bijeenkomsten mee bezighouden in het dagelijks leven meer handen en voeten te geven. Hiervoor kon ik beschikken over een aantal bijzondere inspiratiebronnen: de karma yoga zoals die in de Bhagavad Gita uiteengezet wordt, de aanwijzingen en oefeningen die gegeven worden in de spirituele wetten die in het curriculum van de Stichting Filosofie en Meditatie en de online meditatiecursus gegeven worden, en het boek ‘Karma yoga’ van Swami Vivekananda dat ik bij mijn vertrek op het laatste moment in mijn koffer stopte.

Ik heb hiermee tijdens mijn verblijf volop kunnen experimenteren. Het is vooral de eenvoud ervan die indruk op mij gemaakt heeft.

Zo was er bijvoorbeeld een oefening uit het boekje Meditatie oefeningen van Mehdi die ik veel gebruikt heb:

Kijk naar de effecten van aandacht bij het werk. Zie, ervaar het verschil of je het werk doet met liefdevolle, respectvolle aandacht of dat je het zonder bewuste aandacht doet. Aandacht heeft een transformerend effect. Alles wat je met aandacht doet, straalt meer. Mediteer op de kracht van aandacht voordat je aan het werk gaat. (oefening 135)

Een oefening met een door mij al vaak gehoorde strekking, maar die zo veel meer betekenis kreeg bij een consequente toepassing. Het meest opmerkelijke was misschien wel dat het stilstaan bij en het overwegen van de tekst een uitwerking had die op zich als vanzelf plaatsvond.

Mogelijk kan ik voor mijn volgende blogs de juiste woorden vinden om iets meer van mijn ervaringen verwoorden.

Binnenkort keer ik weer terug naar Brognon. Daar zal ik, nu de grenzen weer open zijn, eerst met anderen een individuele retraite voortzetten, waarna daar vanaf de tweede week van augustus het geplande programma weer gaat plaatsvinden. Ik hoop aan dit alles een bescheiden bijdrage te kunnen leveren. Zeker, ik voel mij een zeer bevoorrecht mens.

Reacties op deze blog zijn welkom. U kunt een mailtje sturen naar: hans8nijs@gmail.com

De yoga van meditatie in de Bhagavad Gita

Tegenwoordig is meditatie erg populair in het Westen. Het wordt gebruikt om je energiehuishouding en innerlijke balans te verbeteren. Het helpt je om beter om te gaan met stress en stress gerelateerde klachten. Wat eigenlijk gebeurt is dat op het moment dat wij uit balans zijn, somber worden en lijden aan stress, wij meditatie aangeboden krijgen om ‘beter’ te worden. Het is dus een soort ‘medicijn’.

Laten we eens kijken hoe meditatie in een aantal grote tradities gebruikt wordt. We zien grote overeenkomsten in de boeddhistische en yoga traditie van Patanjali en komen hetzelfde tegen in de Bhagavad Gita. In al deze tradities wordt de meditatie aangeboden aan mensen die een groot deel van het filosofische systeem hebben doorlopen. Er gaat heel wat aan vooraf.

De Bhagavad Gita begint met de ‘yoga van wanhoop’. Prins Arjuna staat op het punt om een leidende rol te nemen in een grote oorlog. Hij is een strijder, een generaal en heeft vele oorlogen aangevoerd. Nu weet hij niet meer wat zijn taak is en wat juist en onjuist is. Krishna staat naast hem en er ontstaat een dialoog tussen deze twee. Arjuna is wanhopig; Krishna wil hem helpen, maar op dat moment reikt hij hem niet de meditatie aan. We mogen er vanuit gaan dat Arjuna, als prins en super opgeleid man, heel goed bekend is met meditatie, maar toch wordt dit middel niet ingezet.

Krishna slaat een andere weg is. Hij geeft Arjuna kennis en besteedt maar liefst drie hoofdstukken aan de ‘yoga van handeling’. Arjuna komt uit zijn diepe put en begint vragen te stellen en wordt nieuwsgierig. Tijdens deze dialoog raakt Arjuna steeds meer geïnteresseerd in wat ‘voorbij de menselijke maat’ ligt: wat is het ‘universele plan’; welke wetten en regels gelden daar?

Krishna wil hem graag introduceren in deze universele kennis, maar weet ook dat dit niet vanuit de ‘menselijke maat’ kan. Pas nu introduceert hij bij Arjuna de ‘yoga van meditatie’.

De meditatie is hier geen techniek; het is een ‘poort’ waar je doorheen kan gaan. Om voorbij de ‘menselijke maat’ te kunnen kijken, om het ‘verhaal achter het verhaal’ te kunnen doorvoelen, moet je één ding achter je laten: je ego, je individualiteit. In de soefi-traditie is dit thema bijzonder mooi uitgewerkt. Daar heet het: ‘tot waar kun je op je sandalen gaan’? Er komt een punt waarop je je ‘sandalen uit moet doen’ en op je ‘blote voeten’ verder moet gaan. Die voeten moeten bovendien ook nog ‘schoon’ zijn. Het verhaal wil dat Mozes de berg op ging om God te ontmoeten en de Aartsengel Gabriel hem begeleidde. Op een zeker moment zei de Aartsengel Gabriel tegen Mozes dat hij niet verder kon op zijn sandalen en dat hij ze af moest binden. Ook zei hij dat hij dat hijzelf niet verder mocht en dat Mozes alleen, op zijn blote voeten, door moest gaan. Het is poëtisch omschreven. Ik hoop dat je voelt wat hier speelt: het is de poort van de meditatie. Als je door deze poort gaat, ben je in staat om een ander type kennis en bewustzijn te ervaren, namelijk het bewustzijn dat hoort bij de universele maat en niet bij de individuele maat. De regel is simpel: laat je ego achter bij de ‘poort’. Hij zal goed bewaard worden en als je terugkeert kan je hem weer komen ophalen. Echter, als je eenmaal door deze ‘poort’ gaat, keer je nimmer terug.

De ‘yoga van meditatie’ wordt beschreven in het 6e hoofdstuk dat tevens het einde is van het eerste deel van de Bhagavad Gita dat gaat over ‘de mens’. Het 7e hoofdstuk is het begin van de tweede sectie die gaat over de universele maat. Om daar toegang toe te krijgen, is de meditatie onontbeerlijk.

De meditatie wordt in de Bhagavad Gita dus niet gebruikt om iemand uit zijn benarde positie te halen. Het is zelfs maar de vraag of dat effectief zou zijn, maar het wordt gebruikt om iemand klaar te maken om op een hele andere manier naar de werkelijkheid te kijken. Dit proces wordt niet voltooid in het 6e hoofdstuk, maar gaat door in het 12e hoofdstuk. Beide hoofdstukken horen bij elkaar. Hoe dit zit? Eenvoudig: het 6e hoofdstuk is het einde van het eerste deel, de ‘menselijke maat’ van de Bhagavad Gita; het 12e hoofdstuk is het einde van de ‘universele maat’ en dan volgt de verbinding tussen beide ‘werkelijkheden’. Opnieuw is het de meditatie die het mogelijk maakt om het ‘oude’ te verlaten en het ‘nieuwe’ welkom te heten. M.a.w.: meditatie in de Bhagavad Gita (en in de boeddhistische traditie en de yoga van Patanjali) wordt gebruikt om helemaal ‘nieuw’ naar de realiteit waarin wij leven, te kunnen kijken.

Wil je reageren? Stuur een mailtje naar: info@filosofieenmeditatie.nl

Een individuele retraite

Het schrijven van een blog heeft voor mij even op een laag pitje gestaan. Het lukte gewoon even niet. In mijn vorig blog schreef ik over ‘de hoogste vorm van handelen’, offeren, het stappen in een grote maat.

Zelf belandde ik echter in een kleine maat, een kleine zeepbel. Een kleine wereld van vooral lichamelijke ongemakken. Vooral beperkingen voelen en zien. Niks geen grote maat.

Wel brengt de filosofie mij een blijvend besef dat dat het niet is, dat er méér is, ook al lijkt het even héél ver weg. Om in termen van de Bhagavad Gita te spreken: Krishna was een tijdje in geen velden of wegen te bekennen.

Intussen bleef ik twee maal daags mediteren, de ‘stilte-oefeningen’ doen, diep zitten, als het ware met de handen op de rug toekijken op gedachten en ideeën, vooral van de gedachten afblijven. En daar bleef het bij.

Een reactie op mijn laatste verslag uit Brognon bracht weer beweging in het proces. Ik had beschreven dat er hier in Brognon veel te doen was, en dat van het beeld dat ik hier wel lekker veel zou studeren niet klopte. Ik kwam nauwelijks aan studie toe.

De reactie kwam er op neer dat ik van het doen toch ook een studie kon maken. Nou, soms ben ik degene die anderen daar aan herinner, maar nu was ik degene die eraan herinnerd werd.

Krishna liet weer van zich horen!

Dit was op een zaterdag. Ik ben er die avond meteen voor gaan zitten, om een eigen Sadhana-week-programma te organiseren. Sadhana is een Sanskriet begrip dat staat voor spirituele discipline en de titel van een jaarlijkse retraiteweek hier in Brognon, maar die dit jaar als gevolg van de maatregelen helaas niet door kon gaan.

Ik begon dus een eigen week te organiseren. Die zou de maandag daarop ingaan, dus er moest wel tempo gemaakt worden.

Er moest voor die dag een thema komen, die moest ook alvast in de meditatie doorklinken, er zou een uurtje studie zijn en na de koffie een werkperiode.

De ‘retraiteweek’ is verlengd en duurt nog steeds voort. Elke dag zorg ik voor een thema en programma voor de volgende dag. Ik kan ermee inslapen en de volgende dag zo instappen. Van mijn belevenissen hou ik een dagboekje bij.

Meditatie

Ik mediteer twee maal per dag en gebruik het boekje Meditatie oefeningen van Mehdi. Het bevat o.a. een heel hoofdstuk ‘Meditatie tijdens de dagelijkse handelingen’, met maar liefst 22 gerichte oefeningen. Elke avond kies ik er één voor de volgende ochtend. Soms een paar dagen achtereen dezelfde.

Wekker

Gedurende de hele ochtend, met uitzodering van de koffiepauze zet ik de wekker om de 15, 20 of 30 minuten. De duur stel ik elke keer als hij afgegaan is, opnieuw in. De tijd is afhankelijk van die welke mij op dat moment het beste lijkt. Als hij afgaat doe ik met volle aandacht de stilte-oefening. Stap uit de beweging, ben me gewaar van waar ik ben, haal diep adem, adem uit, herhaal dat een paar keer, stel de wekker opnieuw in en ga weer verder met waar ik mee bezig was.

Studie

Tijdens deze periode schenk ik momenteel aandacht aan de teksten in het boek Karma Yoga van Swami Vivekananda. Het heeft 8 hoofdstukken en elk hoofdstuk kent een scala aan praktische thema’s. Ik vat deze samen, zoek er de bijbehorende verzen in de Gita bij en maak persoonlijke aantekeningen.

Gelijk beseft ik hoe vol ik eerder mijn bordje gevuld had met vele studies die ik ‘nu ik hier toch zat’ wel even wilde gaan oppakken! Kleine stukjes blijken ruim voldoende.

Werkperiode

Hierbij richt ik mijn aandacht op iets bijzonders. Het kan gaan om je aandacht op mijn handen of voeten, op geluiden, op gedachten in de geest over leuk of niet leuk, het hebben van verwachtingen,  alleen maar doen wat er gedaan moet worden, geen verwachtingen hebben etc. etc.

‘Werk’ is in deze periode een ruim begrip: eens in de week boodschappen doen, kleine klusjes, iets uitzoeken of nakijken, schoonmaken, wassen, strijken, stukje administratie, schrijven van een blog, maar ook het schrijven en beantwoorden van mails valt er onder.

’s Avonds besteed ik als ik nog energie heb, en er geen zoom-bijeenkomsten zijn, even aandacht aan het ‘huiswerk’ van verschillende studiegroepen: leerweg, Verdiepingsgroep, of een stukje uit de Bhagavad Gita. Gestaag, maar zo ontspannen mogelijk.

Dit eigen programma doet mij werkelijk goed, maar ik kijk er ook uit naar het moment dat jullie deze kant weer op kunnen komen. Eind van de maand horen we meer over òf, wanneer en hoe we hier het programma weer op kunnen pakken.

Tot dan kunnen we er op een eigen manier vorm aan geven. Er is zoveel beschikbaar in het dagelijks leven! Ik wens u een goede, inspirerende tijd.

 

Reacties op deze blog zijn welkom. U kunt een mailtje sturen naar: hans8nijs@gmail.com

Hoe kan je het beste de Bhagavad Gita bestuderen?

Dit is een vraag die regelmatig gesteld wordt, daarom wil ik proberen hem te behandelen in deze blog. Om maar meteen met de deur in huis te vallen: er is niet één ‘beste’ manier om de Bhagavad Gita te bestuderen, er zijn er vele.

Laten we er eens naar kijken. Bedenk wel dat het niet mogelijk is om een volledig overzicht te geven, we kunnen slechts een paar aspecten behandelen.

De Bhagavad Gita is een oud Indiaas geschrift dat al eeuwen lang een grote populariteit in Oost en West geniet. Waarom? Waarschijnlijk omdat wat besproken wordt zo herkenbaar is in ons eigen leven en omdat er vele aanwijzingen in worden gegeven die je helpen om je eigen situatie beter te begrijpen en te verbeteren. Erg praktisch dus.

De Bhagavad Gita bestaat uit 18 hoofdstukken. Elk hoofdstuk bevat een volledige ‘yoga’. Yoga betekent hier een weg om verbinding te maken met je diepste wezen en van daaruit te leven. Yoga betekent ook ‘discipline’: yoga biedt je houvast en geeft aanwijzingen die je kunnen helpen om de ‘juiste’ keuzes in je leven te maken.

Je kunt ieder hoofdstuk bestuderen en ik ben ervan overtuigd dat je er aspecten in zal ontdekken die passen bij je eigen situatie. Ze te lezen zal je steun en troost brengen. Tevens zal je verschillende praktische aanwijzingen vinden die je kunt gebruiken in je leven. Maar er is meer: er zijn delen in de Bhagavad Gita die je kunt ‘begrijpen’ met je verstand, maar er zitten ook delen in die je niet kunt bevatten met je verstand. Dit zijn de zgn. mantra’s. Mantra’s zijn energievelden; het gaat niet zozeer om de taalkundige betekenis, maar om de lading. Het is een volwaardig ‘taalsysteem’ dat parallel bestaat aan het gewone taalsysteem dat wij gebruiken om informatie of kennis over te brengen. Het gebruik van mantra’s is niet voorbehouden aan de Oosterse filosofie. Iedereen gebruikt mantra’s. Wij gebruiken bijvoorbeeld de mantra ‘mamma’. ‘Mamma’ is een geladen woord. Wij hebben allerlei ervaringen, herinneringen en beelden bij onze ‘mamma’. Mijn herinneringen aan mijn ‘mamma’ zijn anders dan de herinneringen die jij hebt aan jouw ‘mamma’. We gebruiken hetzelfde woord, maar de lading kan heel anders zijn. Bovendien verandert deze lading ook gedurende ons leven. Het is een dynamisch proces. Er is niet één betekenis van de mantra, hij verandert in ons leven en groeit met ons mee.

De Gita bevat heel veel mantra’s. Hier zijn twee voorbeelden:

Het eerste voorbeeld kan je misschien nog wel met je verstand benaderen, maar als je de mantra meeneemt in je dagelijkse leven en je blijft erop ‘dobberen’ zoals een bootje op het water, zal je zien dat je steeds dieper in zakt. Mantra’s hebben veel gemeen met muziek. Je moet in trilling komen met de muziek. Het lijkt op een klankkast van een viool of cello. Die komt in trilling als de snaren worden bestreken door de musicus en daardoor ontstaat de hoorbare klank. Als je toestaat dat de mantra jou in ‘trilling’ brengt, zal je zien dat er steeds meer aspecten van de mantra tot ‘leven’ komen. Hier is zo’n mantra uit het 2e hoofdstuk van de Bhagavad Gita:

‘Je hebt het recht om te handelen, maar je hebt geen recht op de resultaten van je handelen. Laat nooit het verkrijgen van de vruchten van handelen je motief zijn. Maar wees evenmin geneigd tot niet-handelen.’

Hier kan je lang op ‘dobberen’. Deze zin heeft o.a. Beethoven diep geïnspireerd en je kunt je er iets bij voorstellen. Hij componeerde geen muziek met het oogmerk om de opdrachtgevers of toehoorders te plezieren. Hij liet zijn inspiratie vrijelijk stromen om het met de mensen te delen, maar niet om het applaus en de goedkeuring te verwerven van zijn publiek. Dat is niet altijd een gemakkelijke keuze. Als je zo wil leven moet je bij je zelf blijven en kan je geen compromis sluiten.

Hier is nog een mantra uit het 4e hoofdstuk. Iets minder gemakkelijk om met je verstand te benaderen:

‘Je moet de aard kennen van handeling (karma), speciale handeling (vikarma) en niet-handelen (akarma), want zeer diepzinnig is de weg van handeling’.

Dit is één van de mantra’s die in mijn leven een grote rol speelt. Al tientallen jaren ‘klinkt’ hij in mij en iedere keer ontdek ik weer nieuwe aspecten die in deze mantra besloten ligt. Iedere keer betekent dit nieuwe ontdekkingen, nieuw inzicht en grote verwondering over de diepte van deze mantra. Ik ga er nu verder niets over schrijven. Je moet het zelf ontdekken. Er zijn geen ‘goede’ of ‘verkeerde’ antwoorden op dit pad. Het is een ontdekkingsreis, die je zelf moet meemaken.

Hier nog even een paar praktische tips om de Bhagavad Gita te bestuderen:

  1. Lees de Bhagavad Gita een keer snel door. Alleen maar om te wennen aan de taal, de vreemde namen en de opbouw van de Gita.
  2. Krijg gevoel voor mantra’s, wat ze zijn en hoe ze werken. Bijna alle verzen zijn mantra’s en benader ze zoals je naar muziek zou luisteren. Niet primair willen begrijpen, maar laat de tekst in je klinken en voel de ‘trilling’ die de mantra in je teweeg brengt.
  3. Kijk naar een situatie of gebeurtenis in je eigen leven (bijvoorbeeld een privésituatie, werk gerelateerd, een gebeurtenis in je sociale leven). Lees een klein stukje (dat je aanspreekt) in de Bhagavad Gita en spiegel dat heel stil in de situatie die je voor ogen hebt. Neem de gekozen tekst eens een paar dagen (kan ook langer) mee en blijf de situatie/gebeurtenis en de tekst in elkaar spiegelen. Let op: probeer geen conclusies te trekken en geen mening te hebben omtrent hetgeen zich aandient; alleen maar blijven toekijken.
  4. Overweeg: wat is het allerbelangrijkste in mijn leven? Wat is mijn grootste ideaal? Blijf hier eens op ‘dobberen’ en kijk wat de Bhagavad Gita je te zeggen heeft en welke aanwijzingen de Bhagavad Gita je geeft om dit allerbelangrijkste of dit grootste ideaal te realiseren in je leven. Het zal je helpen om een stap te zetten en daarna een volgende stap en zo verder. Vele mensen, waaronder Gandhi, hebben op deze manier kracht en inspiratie gevonden en het heeft ze geholpen hun doel te bereiken.

Er is nog zoveel meer over te zeggen en er zijn nog zoveel andere manieren om met deze tekst om te gaan, maar voor nu zal ik het hierbij laten.

Heb je vragen of wil je reageren: stuur een mail naar: info@filosofieenmeditatie.nl

 

Bhagavad Gita: gewone kennis en hogere kennis

In de vorige blog over de Bhagavad Gita ben ik ingegaan op hoe het komt dat de Bhagavad Gita al eeuwen lang zoveel mensen heeft geïnspireerd en steun heeft gegeven. We hebben toen de eerste drie domeinen van de Gita behandeld: de Gita geeft kennis die je gemakkelijk kan gebruiken, de Gita geeft oefeningen en aanwijzingen die in het dagelijkse leven goed gebruikt kunnen worden en het geeft ook hoop. Hoop dat je verbinding kunt maken met je eigen innerlijke kracht en licht en verbinding maakt met je eigen ‘lijn’ in het leven of anders gezegd met je authenticiteit.

In deze blog zal ik ingaan op het vierde aspect: de Gita leert dat er verschillende soorten kennis en bewustzijn zijn. Normaal gesproken zijn er vier ‘bronnen’ voor kennis: directe waarneming, gevolgtrekking, aanname en (logische) redenatie. Iedereen kan deze bronnen gebruiken, maar er is meer. De Bhagavad Gita wijst erop dat er ook nog andere ‘hogere’ vormen van kennis bestaan. Echter, daar hebben de meesten van ons niet direct toegang toe. Toch is het goed om er gebruikt van te maken, maar dat vergt wel wat inspanning en training. De ‘hogere’ vormen staan bekend als: inspiratie, intuïtie, openbaring en profetie. Helaas verstaat iedereen iets anders onder deze begrippen en van alles en nog wat wordt inspiratie of intuïtie genoemd. De eerste drie zijn toegankelijk voor ons, de vierde is een bijzondere vorm die ik voor nu maar even buiten beschouwing laat.

Bepaalde mensen zijn gevoelig voor inspiratie en intuïtie. De beschrijvingen zijn tamelijk eenduidig: er wordt je iets ‘ingefluisterd’, er komen beelden of klanken (woorden, muziek) tot je, veelal in een ogenschijnlijke ongeordende vorm en je hebt het gevoel dat er een grote stroom van energie door je heen gaat. De momenten waarop dit plaats vindt, zoals bij het overgaan van slapen naar waken, in de meditatie en als je in stilte wandelt, hebben met elkaar gemeen dat je geest ‘stil’ is en het ego (ik-besef) naar de achtergrond verdwijnt. Dan, plotseling, zonder dat je hier enige grip op hebt, stroomt de energie en tonen zich beelden, denkbeelden, geluid of iets anders. Het gaat razendsnel; het lijkt wel op een explosie. Als je voor dit soort impulsen gevoelig bent of wordt, dan ga je ze steeds meer herkennen (en waarderen).

De bestudering van de Bhagavad Gita helpt ons om ontvankelijk te worden voor deze ‘krachten’. Hoe doet de Bhagavad Gita dit? Op verschillende plaatsen in dit boek wordt hierover geschreven, maar het wordt prachtig samengevat in hoofdstuk 2 in de verzen 55-58. In deze vier verzen wordt een ‘geheim’ onthuld. Wat zou je moeten leren? Hier volgt een lijstje:

– leer je wensen en verlangens tot rust te brengen
– leer je terug te trekken en verbinding te maken met je diepste, innerlijke kern
– blijf stabiel, ook bij tegenslag
– hunker niet naar genot en ga geen bindingen aan en blijf neutraal
– let op: angst en woede zijn bewustzijnsvernauwers en stoten je, zelfs als je het niet wil, uit je balans
– Zorg voor een stabiele meditatie. Al het bovenstaande valt je heel natuurlijk toe als je meditatie een integraal onderdeel (een fundament) is van je leven.

Als je dit zou leren, wordt je automatisch, d.w.z. zonder een verdere ‘eigen’ inspanning gevoelig voor impulsen die ‘van buiten’ lijken te komen en je energie ‘inblazen’. Dit proces is de basis van alle vormen van wat genoemd wordt, ‘hogere’ vormen van kennis. Hoe dieper je je kunt terugtrekken en stiller je geest wordt, hoe gevoeliger je wordt voor deze vormen van kennis. Uiteindelijk worden ze je ‘dagelijks brood’ en wil je niets anders meer. Dit is wat je hoort van mensen die om welke reden dan ook, gevoelig zijn voor inspiratie: ‘dit is het belangrijkste, allermooiste, in mijn leven’.

In deze tijd van de corona epidemie is het van het grootste belang dat wij niet verzanden in de ‘duisternis’ en ons blijven richten op  ‘licht’. Daarom hebben we de komende weken video meetings rond de Bhagavad Gita georganiseerd. De meetings zijn op dinsdagavond van 20.00-21.00 uur. Als je mee wil doen, stuur een mailtje, dan krijg je de link toegestuurd.

Het adres is: info@filosofieenmeditatie.nl

 

 

 

Berichtje uit Brognon (3)

Beste mensen. Weer een verslagje van het reilen en zeilen tijdens het verblijf van Andreas en mij in Brognon. We zitten hier op een van de mooiste, stille plekken die je je in deze eigenaardige tijd kunt voorstellen. In het begin ondervonden we hier niet zoveel van wat er zich rond het virus afspeelde. Dat is de afgelopen weken veranderd. Bij medische klachten bleek het gezondheidscentrum hier redelijke dichtbij gesloten en gelden er speciale procedures. De communicatie met een ‘op een kiertje’ open zijnde apotheek is gebrekkig en als je je gaat verdiepen hoe wij aan onze nodige medicijnen kunnen komen blijkt dit een aardige klus. Brieven, verklaringen, recepten, machtigingen, alles, waar nodig in twee talen zijn nu geregeld en we hopen dat daarmee Paula, de vrouw van Andreas, ons binnenkort zal kunnen bereiken; want ze moet door België en Frankrijk mogen rijden.

Ondertussen beginnen we steeds meer te beseffen hoeveel werk hier gewoonlijk buiten verzet wordt. In de reacties uit Nederland krijgen we wel eens de indruk dat er een beeld bestaat dat wij hier maar lekker vakantie aan het vieren zijn, dan wel veel en rustig zitten te studeren.

Heus, er is overdag nauwelijks zoiets als vrije tijd of dat we ons afvragen wat we nu weer eens zullen gaan doen. Schoonmaken en schoonhouden, binnen en buiten, reparatie hier, iets vervangen daar, we hebben er echt een dagtaak aan, zij het dat ik fysiek wat minder verzet dan Andreas, die, nu we een nieuwe grasmaaier hebben aangeschaft ook belangrijkste stukken gras weet te onderhouden. Wat wij ook doen, achterstallig onderhoud zal onvermijdelijk zijn.

Tineke en Ger, de beheerders van dit centrum, kunnen hier vanwege de gesloten grenzen niet zijn. Maar dit alles doet ons goed beseffen welk een uitdaging er voor ons staat om dit mooie Brognon in stand te houden wanneer zij hun activiteiten gaan afbouwen.

Ik hoop dan ook dat velen, zodra dit weer mogelijk is en die dit centrum een warm hart toedragen, hierheen zullen komen voor het aangeboden programma, maar zeker ook om zich voor te breiden op perioden van onderhoud in de nabije toekomst.

Aanstaande dinsdag, 28 april, spreek Macron het Franse volk toe over versoepeling van de maatregelen hier. We verwachten nog geen hele grote veranderingen. Toch beginnen we alvast na te denken over hoe en met welke aanpassingen we hier weer voorzichtig een programma kunnen opstarten zodra we daar de ruimte voor krijgen.

We houden u op de hoogte.

Als u wilt reageren op dit blog kan dat door een berichtje te sturen naar: hand8nijs@gmail.com

Hoe komt het dat de Bhagavad Gita zoveel mensen steun en troost heeft geven (en nog steeds geeft)?

In deze tijd van de corona epidemie is het van het grootste belang dat wij niet verzanden in de ‘duisternis’ en ons blijven richten op ‘licht’. Daarom hebben we de komende weken video meetings rond de Bhagavad Gita georganiseerd. De meetings zijn op dinsdagavond van 20.00-21.00 uur. Als je mee wil doen, stuur een mailtje, dan krijg je de link toegestuurd.

Hierbij alvast een tekst ter overweging:

Het is inderdaad merkwaardig dat de Bhagavad Gita, een belangrijk Indiaas geschrift al eeuwen lang zoveel mensen steun en troost biedt, ook aan hen die helemaal niet uit de Indiase traditie komen en ook aan mensen die niet of nauwelijks bezig zijn met religie. Ook in het Westen is de Bhagavad Gita erg populair. Het is misschien wel een van de meest vertaalde geschriften. Hoe komt dit?

Ik denk dat dit voornamelijk komt omdat de Bhagavad Gita vier domeinen bestrijkt: het geeft kennis, en aanwijzingen en oefeningen die je in de praktijk van het dagelijks leven kunt gebruiken, het bestuderen van de Bhagavad Gita doet hoop groeien en leidt je naar een andere vorm van kennis die voorbij onze ‘gewone’ kennis gaat. Bovendien doet de Bhagavad Gita dit op een manier die niet gebonden is aan een bepaalde cultuur en religie. Het gaat over de essentie van de mens, wie ben je? Waarom leef je? Wat is je ‘taak’ in dit leven? Hoe verhoudt de individuele (de menselijke) maat zich tot de universele maat en welke wetten gelden op beide niveau’s?

De Bhagavad Gita beschrijft een dialoog tussen de prins Arjuna en Sri Krishna die hier de universele, goddelijk maat vertegenwoordigt. Het is een dialoog tussen de mens en God. Arjuna staat op het punt een grote oorlog te voeren, en heeft veel twijfels of dit wel juist is. Hij weet eigenlijk niet meer wat zijn taak in het leven is en is hierdoor helemaal verward. Het is een thema dat niet alleen Arjuna raakt, maar waar veel mensen, uit iedere cultuur en tijd, mee te maken krijgen.

Krishna begint met te luisteren en zegt in eerste instantie niets. Vervolgens spreekt hij Arjuna aan in een taal en met argumenten die Arjuna gewend is: ‘je moet niet zo laf zijn’; ‘het is je taak’; ‘als je wegloopt, wat zullen de anderen daar wel niet van zeggen’?, enz. Maar vervolgens gaat hij op een andere manier verder: ‘alles wat geboren wordt, zal eens vergaan en sterven. Het leven is tijdelijk en alles wat wij waarnemen, is tijdelijk’. Het is hetzelfde thema dat Boeddha gebruikt in zijn leer en dat bekend staat als de Drie Kenmerken van het Bestaan: één daarvan is ‘de tijdelijkheid van het bestaan’. Het drama is dat wij proberen de tijdelijkheid op te rekken tot eeuwigdurend: we willen blijven leven, mooie dingen mogen niet voorbijgaan en geliefde mensen mogen niet sterven. Ons bezit moet als maar groter worden en mag niet verdwijnen enz. Teleurstelling en verdriet zijn onvermijdelijk het gevolg van een dergelijke levenshouding.

De Bhagavad Gita toont ons dat het niet zinvol is om het onvergankelijke, eeuwige en oneindige te zoeken in de wereld die gebonden is aan tijd en plaats. Daar moet je het niet zoeken. Maar waar dan wel? Als we het onvergankelijke echt willen vinden, zullen we ons leven moeten veranderen en verbinding moeten maken met een andere vorm van kennis en bewustzijn. We zullen allereerst een aantal dingen moeten leren. De belangrijkste zijn: leer wat je svadharma, je eigen lijn, je diepste authenticiteit is en volg die in je leven. Leer vervolgens je eigen natuur kennen (svabbhava) en volg ook die en tot slot: vind het werk dat bij je svadharma hoort en voer dat uit op een manier die past bij je eigen natuur. Deze drie: het volgen van je eigen lijn en je eigen natuur en het doen van je eigen werk, verbinden je met je eigen kern.

Vervolgens biedt de Bhagavad Gita je vele oefeningen die je op een andere manier doen leven. Bijvoorbeeld: je hebt ‘recht’ op het werk, maar niet op de ‘vruchten’ of resultaten ervan. En: het gaat om de zuivere intentie waarmee je iets doet en niet om het resultaat. Werk en handelingen komen in een heel ander licht te staan als je leeft vanuit je eigen authentieke kern. Deze kern is een ‘rots’ en als je daarop gaat ‘staan’, hoeft je steeds minder steun te zoeken bij tijdelijke dingen die buiten je zelf gelegen zijn. Je kan van deze dingen gebruik maken, je kan van ze genieten, maar je kan ze ook weer loslaten, zonder uit balans te raken.

Dit te leren, is al een groot goed in het leven. Maar er is meer: we moeten niet alleen stoppen met het tijdelijke ‘op te rekken’ tot het tijdloze, maar we zouden ook moeten weten wat het is dat niet gebonden is door tijd en plaats. Dat wat niet verandert en niet vergaat. Nadat de Bhagavad Gita je erop gewezen heeft dat steun zoeken in de tijdelijke wereld je uiteindelijk pijn en verdriet zal bezorgen en vervolgens gewezen heeft op een veel sterker fundament, dat je in je zelf kunt vinden en vele aanwijzingen en oefeningen heeft gegeven om op een andere manier te gaan te leven, toont de Bhagavad Gita tevens dat er een andere vorm van kennis en bewustzijn bestaat die onze bekende manier van kennis vergaren en ons ‘gewone’ bewustzijn te boven gaat. De belofte wordt gedaan dat de mens zich verder kan ontwikkelen en dat er nog heel veel is te ontdekken in dit leven.
De Bhagavad Gita geeft ons dus kennis, vele aanwijzingen en oefeningen en het geeft hoop. Volgende keer zal ik een stukje schrijven over de ‘hogere’ kennis waartoe de Bhagavad Gita ons uitnodigt. Het is dichterbij en minder moeilijk dan je denkt!

Wil je reageren of deelnemen aan de meetingen op disdagavond: stuur dan een mailtje naar: info@filosofieenmeditatie.nl

‘De hoogste vorm van handelen’

U heeft nog een stukje van mij tegoed

In eerdere blogs schreef ik over mijn onderzoek naar welke aspecten van het handelen bijdragen tot innerlijke rust. In dat kader is er nog tenminste één aspect waar ik nog niet over geschreven heb. En dat is offeren. Een aspect dat nu zo actueel is.

Regelmatig zie ik tijdens de Gita-studies gezichten wat verstrakken als het woord offeren ter sprake komt.

Het is misschien nuttig om te beginnen onze concepten over dit begrip af te schudden om er nog eens opnieuw naar te kijken.

Offeren wordt in de context van de Karma Yoga ‘de hoogste vorm van handelen’ genoemd.

Dit wordt m.i. op prachtige wijze beschreven in deze paar verzen in de Bhagavad Gita:

3.9    Tenzij handelingen uitgevoerd worden als offer (yajna), is de wereld gebonden door handeling. O zoon van Kuntî, verricht daarom je handeling als offer, vrij van gehechtheid.

3.10  Nadat Prajâpati in het begin de mensheid en het offer tezamen had geschapen, zei Hij tot de mens: hierdoor zul je je vermenigvuldigen; moge dit de hoorn des overvloeds zijn.

3.11  Moge jij hierdoor de goden voeden en mogen de goden jou voeden. Door elkaar te voeden zul je het hoogste goed (sreyas) verkrijgen.

3.12  Als de goden gevoed zijn door het offer, zullen zij al je wensen vervullen. Hij die geniet van wat hem door de goden (deva’s) is geschonken zonder hen iets terug te geven, is waarlijk een dief.

Hier kunnen heel veel woorden aan besteed worden, maar laat ik proberen het eenvoudig te houden.

In mijn blog ‘Filosofie en virussen’ gaf ik al aan dat goddelijke kwaliteiten als antistoffen dienen tegen demonische kwaliteiten. De Vedanta traditie kent een scala aan goden, die allemaal een aspect van het Goddelijke vertegenwoordigen. Het voeden van de goden, de deva’s, kan dan ook gezien worden als het voeden van goddelijke kwaliteiten.

Ik weet niet hoe het u vergaat, maar niet-goddelijke kwaliteiten zijn mij niet vreemd. Een ware levenskunst is denk ik deze niet te voeden, maar de aandacht te richten op de goddelijke kwaliteiten die we allemaal in ons dragen. Laten we deze laten bloeien zoals de hele natuur in deze lente ons op dit moment in vele vormen voorhoudt.

Offeren wordt vaak gezien als jezelf wegcijferen, jezelf opofferen. In zeker opzicht is dat ook zo. Offeren heeft te maken met het zich voegen in een groter geheel. ‘Het grote gaat voor het kleine’ is een uitspraak die daar bij past. Het is de belangrijkste spelregel die we de deelnemers van de jaarlijkse gezinsweek in Brognon telkens voorhouden. En het is bijzonder te zien hoe deze regel dan van jong tot oud zonder er veel woorden aan vuil te maken, altijd weer begrepen wordt. Een blijkbaar heel natuurlijk iets. Het zowel voor het innerlijk als voor het geheel voor rust en kalmte.

Wanneer we werkelijk feeling hebben met een groter geheel, als we ons daarmee verbonden voelen, valt ‘offeren’ helemaal niet zwaar, maar is het een heel natuurlijk, vanzelfsprekend gegeven. Het voelt dan zelfs pijnlijk als iemand daar in de thuissituatie, in Brognon, werk, familie vriendenkring, samenleving, en noem maar op, tegenin gaat.

We herkennen dat denk ik allemaal als het nu gaat om afstand te houden, tekorten die ontstaan door hamsteren, de verdeling van mondkapjes etc. etc.

Uiteindelijk zal blijken dat door te offeren, ook wij als onderdeel van het grote geheel gevoed worden.

Ik wens u dat u ondanks alles van de lente zult genieten.

Uw reactie op deze blog is welkom. U kunt daarvoor een mailtje sturen naar: hans8nijs@gmail.com

Meditatie, spirituele disciplines en gunstige omstandigheden deel 1: wat is spiritueel werk en de bijzondere plaats van meditatie

Meditatie, spirituele disciplines en gunstige omstandigheden
Deel 1: wat is spiritueel werk en de bijzondere plaats van meditatie

Nu de coronacrisis een aantal weken gaande is, vallen een aantal dingen op. Er lijken wel twee bewegingen tevoorschijn te komen: allereerst zijn er veel mensen die zich bewust worden tussen het verschil van wat noodzakelijk is in het leven, wat luxe is en wat misschien eigenlijk niet nodig is in het leven. Hoofd en bijzaken worden gescheiden en de aandacht wordt in meerdere mate verplaatst naar waar het echt om gaat in het leven. Een mooie, constructieve ontwikkeling.

Daarnaast is er ook een tweede beweging waar te nemen: mensen kruipen a.h.w. in zichzelf, maken hun wereld klein, zijn angstig, boos, gefrustreerd en agressie neemt toe. Het is te zien in onze directe omgeving, maar ook het nieuws meldt deze beweging en wijst o.a. op de grote toename van huiselijk geweld.

Twee bewegingen: de ene constructief, de andere destructief. Opnieuw wil ik een lans breken voor het nut van spiritueel werk in deze tijd. Eerst nog even dit: we gebruiken het woord ‘spiritueel werk’ regelmatig, maar wat is het eigenlijk? Met het begrip ‘spiritueel werk’ wordt hier bedoeld:

1). Spiritueel werk is gericht op de bewustwording van je authenticiteit (wie je in werkelijkheid bent, ontdaan van alle projecties en verwachtingen die op je zijn geprojecteerd, hetzij door je zelf, het zij door je omgeving).

2). ‘Spiritueel’ verwijst naar je innerlijke kracht en stimuleert je om van daaruit te leven en te werken.

Binnen het spirituele werk neemt meditatie een bijzondere plaats in. Meditatie is meer dan een techniek, het is een manier van leven. Een manier van leven waarin je heel gevoelig wordt voor signalen die ofwel diep vanuit je zelf oprijzen, dan wel op een andere manier tot je komen en die bepalend zijn voor je eigen ontwikkeling en de loop van je leven. Op een subtiele manier wordt je getoond wat je moet doen, hoe je je moet gedragen en ook wat je moet ‘loslaten’ en wat je ‘niet moet aanraken’. Een meditatieve manier van leven helpt je om dat wat veelal latent, in je diepste wezen ligt te slapen, wakker te maken en om te zetten in handelingen in je dagelijkse leven. Een prachtig proces en een onuitputtelijke bron van inspiratie!

Meditatie toont je, of misschien nog beter geformuleerd, ‘fluistert je in’ wat je diepste verlangens en idealen zijn en spoort je aan hiernaar te luisteren en conform te handelen. Om deze fijne impulsen te kunnen volgen, heb je vertrouwen en moed nodig. Dit is de tweede uitwerking die de meditatie heeft: hij verbindt je met je innerlijke kracht. Een kracht die door de hele schepping stroomt, ook door jou, die er altijd is en waar je altijd uit kunt putten. Het is niet zo dat sommige mensen die kracht wel en andere die kracht niet hebben, alleen lijkt het er soms op dat je niet in verbinding staat met deze kracht. Het herstellen van deze verbinding of het je weer bewust worden en het kunnen voelen van deze kracht, is één van de meest wonderlijke aspecten van meditatie.

Zelfs in diepe duisternis, als je het even niet meer weet en niet kunt zien wat je koers is, helpt meditatie je om in verbinding te blijven met je diepste drijfveren en van daaruit te handelen. Bovendien verbindt ze je keer op keer met je innerlijke kracht die je de energie zal geven om te doen wat je moet doen. Meditatie is op deze manier voor ieder mens een innerlijk kompas en een bron van kracht waar je altijd op kunt vertrouwen. Juist in deze duistere tijd, vol onzekerheid, moeten we blijven vertrouwen op dit innerlijk kompas en deze krachtbron. Het zal ons zeker helpen en ons de juiste richting tonen.

In deel 2 zal ik verder ingaan op de verschillende spirituele disciplines en op het belang van gunstige omstandigheden voor je eigen ontwikkeling en het voor elkaar krijgen van dingen in het leven.

Wil je reageren: stuur een mailtje naar info@filosofieenmeditatie.nl.